Hieronder ziet u tekeningen en schilderijen van het schoolleven van (ver) vóór 1800. Het zijn schilderijen, tekeningen, etsen en houtsneden van tal van Nederlandse kunstenaars, die ons een kijkje geven in de oude school.


Schooltafereeltje uit de vroege Middeleeuwen. De onderwijzer - duidelijk een geestelijke - laat een leerling zijn rug ontbloten om de roedeslagen in ontvangst te nemen. Miniatuur, begin 14e eeuw.


Een 16e eeuwse jongen leert het alfabet opzeggen met behulp van een letterplankje. De opzet was dat leerlingen het hele alfabet feilloos moesten kunnen opdreunen, voordat zij woordjes leerden vormen. Deze onderwijsmethode bleef tot het begin van de 19e eeuw in zwang.  - Zestiende eeuwse Engelse houtsnede.


Leerlingen werden één voor één bij een onderwijzer geroepen om overhoord te worden. Klassikaal onderwijs werd pas in de 19e eeuw ingevoerd. - Ets van Adriaen van Ostade (1610-1684)


Een 17e eeuwse onderwijzer temidden van zijn leerlingen. Het jongetje voor de lessenaar is al door de plak, die de onderwijzer nog in zijn hand houdt, bewerkt en staat te huilen. Bij de leerling, op de grond voor de lessenaar, ligt een leesplankje waarmee het alfabet geleerd werd. Achterin zitten kinderen aan een tafel aan hun lessen te werken. Het schooltje bevindt zich in het huis van de onderwijzer. - Schilderij van Adriaen van Ostade (1610-1684)



Zestiende eeuwse catechisatie-les. De leerlingen zijn hier naar leeftijd ingedeeld. - Houtsnede uit H.Niclaes, Exhortatio (Keulen 1573)


Kijkje in een schooltje uit het begin van de 17e eeuw. De onderwijzer houdt de plak al klaar voor het geval de overhoorde leerling zijn lesje niet kent.  Op de achtergrond hangt een leerling zijn houten schooltas aan de muur. - Houtsnede van I. van der Venne.


Titus, de zoon van Rembrandt, als scholier afgebeeld. In zijn linkerhand houdt hij een penne- en inktkoker. - Schilderij uit ca 1660 van Rembrandt (1606-1669)


Het kind moet zijn hand ophouden om een klap met de plak in ontvangst te nemen. Het kind huilt reeds uit angst òf hij heeft reeds een eerste tik ontvangen. De reden van deze bestraffing laat zich raden. De jongen heeft geknoeid in zijn schrijfwerk. Alvorens de onderwijzer de plak gebruikt, heeft hij kennelijk eerst het werk verscheurd en op de grond gegooid.  Het lijkt erop dat de leerling, die toekijkt, ook huilt. Dat bevestigt de stelling, dat het ernstig straffen van een leerling ook iets teweegbrengt bij de andere leerlingen. In 1820 werd het straffen met de plak in Nederland verboden. - Schilderij van Jan Steen  (1625 – 1679)


Interieur van een school voor kinderen van rijke ouders uit het midden der 17e eeuw. De kinderen staan achter lessenaars te werken. De jongen rechts wordt overhoord en de roe wordt hem dreigend voorgehouden. Achterin speelt een kind met een kat aan een touwtje. De leerlingen zijn uiterst modieus gekleed; de jongen links achter de lessenaar draagt zelfs sporen. - Gravure uit 1649 van F. de Wit. 


Negentiende eeuwse avondschool. Slechts de onderwijzer beschikt over een petroleumlamp, de leerlingen moeten het met kaarslicht stellen. De laatkomer met zijn petje netjes in de hand, wordt vermanend toegesproken. Achterin wordt aardrijkskunde gegeven. Het jongetje rechts wordt overhoord. - Schilderij uit 1835 van George Gilles Haanen.


Voor kinderen die overdag werkten, bestond soms de mogelijkheid in de avonduren enig onderwijs te volgen. Bij kaarsen en een lantaarn, die nauwelijks voldoende licht geven, zitten leerlingen ijverig te werken. Links van de kaars op tafel staat een zandloper. Het meisje volgt met de vinger de tekst die zij moet lezen. - Schilderij (detail) van Gerard Dou (1613-1675)


Achttiende eeuws schoolinterieur. De onderwijzer is een pen (een ganzeveer) aan het snijden. Ordeverstoorders werden meestal niet in de hoek, maar op tafel gezet. - Anoniem schilderij.

Schooltafereel door Jacob Hugo Hoedt (ca 1810). De onderwijzerer reikt een prent uit aan een leerling, terwijl een andere leerlingeen dergelijke prent aan een klasgenootje laat zien. Op deze prenten staan stadsgezichten afgebeeld van Rotterdam.

Zangonderwijs in het midden der 19e eeuw. - Schilderij uit 1854 van H.E. Reijntjes


Dorpsschooltje uit het eind van de 19e eeuw. Echte schoolbanken hebben hun intrede gedaan, maar er wordt nog met de ganzeveer geschreven. Zo te zien heeft de onderwijzer geen gemakkelijke dag gehad. - Schilderij uit ca. 1875 van Willem Linnig.


Achttiende eeuwse katheder met attributen van de onderwijzer. Op het tafelblad links ligt een luizenkam en rechts een een zgn. ongeluksvogel of pechvogel. Een al te luidruchtig kind kreeg dit beest naar zijn hoofd geslingerd, ten teken dat hij zich bij de onderwijzer moest vervoegen om gestraft te worden door middel van een harde tik met de plak op de hand. Links hangt een bordje met een ezel, dat domme leerlingen werd ongehangen. Links op de stoel hangt de roe, een bundel twijgen. Onder de katheder een blok waarin twee vechtjassen samen opgesloten werden. Boven de katheder hangen resp. plakken, houten schooltassen en een letterplank.


In de achttiende eeuw was het gebruikelijk arme kleine kinderen naar bewaarschooltjes te sturen, zodat de moeder uit werken kon gaan. Deze schooltjes werden dikwijls door oudere vrouw gedreven. Het was de bedoeling dat de kleintjes er tenminste zouden leren lezen, maar vaak kwam daarvan niets terecht, omdat de 'matres', zoals de vrouw genoemd werd, in de meeste gevallen zelf nauwelijks de lees- en schrijfkunst meester was. - Litho uit 1830 van C. Holk.